25 kinderen in een te kleine klas, samengepropt op een te kleine speelplaats. En ja, dan komt de een na de ander zeggen … die met zijn rode trui heeft mij gestampt … die heeft mijn voetbal afgepakt … die heeft mij geduwd … juf, juf, daar zijn jongens aan het vechten … Als er geen boom in de buurt is, geen stukje gras om overheen te rollen, geen ruimte om rustig met elkaar te babbelen, kunnen wij dan verwachten van deze kinderen dat ze rustig en kalm met elkaar omgaan?
Kinderen in de uitprobeerfase
Hij was een interim, een meester die zijn kinderen nog niet door en door kende, de kinderen hadden nog geen vaste structuur en waren volop in de aftast, uitprobeer-fase. En daar sta je dan op een weeral grijze ochtend, haren en hoofd helemaal overhoop gewaaid door de stevige wind. Je overziet in snel tempo de situatie en vertrouwt daarbij op je ervaring, je intuïtie, je verhaal. Ik merk meteen dat de kinderen niet gewoon zijn om naar elkaar te luisteren, ze geven zonder nadenken op alles commentaar, ze zijn wel geïnteresseerd, maar ze bedenken hardop wat er zich in hun hoofd afspeelt, ze houden elkaar constant in de gaten, klaar om te lachen of te reageren op, ja, op alles (!) en de kleinste afleiding is welkom. Ik wil met hen praten, beetje filosoferen, ik wil met hen “spelen”, beetje ‘doen alsof’ en hen op die manier al op weg zetten om straks meer te genieten van het theaterbezoek.
Gaat het me lukken?
Ik dein af en toe mee op die ongeconcentreerde golf, regelmatig moet ik de aandacht bijsturen, er komt wel wat bovendrijven, er dringt wel ‘iets’ door lijkt me, kinderen geven leuke antwoorden, sommigen zijn heel nieuwsgierig, anderen hebben best humor en fantasie en kunnen daar ook weg mee. Toch blijft het uiteindelijk een rommelige bedoening waar ik niet echt voldoening uithaal. Niks aan te doen, ik heb gedaan wat ik kon. De kinderen ook. Pauze: met een kop koffie in de hand ga ik buiten een beetje staan bekomen en bekijk al dat gedoe op de te kleine speelplaats: dit is de toekomst! Wat hier door elkaar rent en roept, voetbalt en huilt, dat is de toekomst! Hoe zou dat aflopen? Waar zouden ze terecht komen? Wie zou hen uiteindelijk leren, of laten ondervinden wat rust en concentratie, stilte en aandacht is?
De toekomst is verzekerd
Geen tijd om verder te mijmeren, de volgende klas staat klaar: ik zet me schrap en beslis kordaat voor mezelf dat het in deze klas beter zal/moet gaan. Het lukt! Al meteen, na de eerste drie seconden spelen ze mee, denken ze mee, luisteren ze in stilte naar mijn verhaal, verzinnen antwoorden en lachen om zichzelf. Yes! Laat de wind maar waaien … de toekomst is verzekerd … ?