Woensdagochtend, grijs en nat, veel te nat, overal nat, én koud!! Op zo’n dag zou er van hogerhand iemand moeten zijn die zegt: lieve mensen, blijf allemaal thuis vandaag. Het regent pijpenstelen. Steek je open haard aan en plof in je zetel met een goed boek.

Maar die was er niet, die ‘hogerhand’, die is er trouwens nooit als je hem nodig hebt, dus de fiets op, door de regen richting hogeschool. Daar aangekomen sta ik wat beduusd in de grote gang mezelf ontzettend zielig te vinden wegens zoveel nattigheid. De studenten hadden de week voordien een introductie gekregen op theater. Ze kregen de opdracht om een naverwerking te bedenken voor een groep kinderen die de voorstelling gezien hadden. Paula, deze verzopen kat, zou hen vandaag (op deze natte woensdag) coachen bij dit werk. Drie klassen, telkens onderverdeeld in een stuk of 5/6 groepjes, elke klas kreeg een uur. Binnen dat uur rende ik van het ene groepje naar het andere, probeerde te luisteren, mee na te denken, recht te trekken, bij te sturen … een onmogelijke opdracht eigenlijk. Ik was net goed in gesprek, of mee in de gedachten/ideeënwereld van de studenten of ik moest het gesprek afbreken en naar het volgende groepje verhuizen. Na drie uur zat mijn hoofd vol, of beter, was mijn hoofd leeg. Ik had hen zo graag beter geholpen, langer en rustiger mee nagedacht over inhoud en aanpak. Hopelijk lukt het hen volgende week, hopelijk nemen ze de kinderen mee op zoektocht naar de mier, op zoek ook naar wat er allemaal in ons hoofd gebeurt als we iemand missen, als er iemand vertrekt, als we alleen achterblijven. Dames, heren, ik duim! ( maar eigenlijk ben ik nu al rots op jullie)

De overige dagen van de week stond ik zelf de kinderen voor te bereiden op hun bezoek aan Het vertrek van de mier. Af en toe had ik het gevoel dat ik de Mont Blanc aan het beklimmen was: drukke kinderen, ongeconcentreerd, grote aantallen, niet altijd even gezellige klaslokalen, niet altijd een warme ontvangst: je staat alleen voor die berg en je wilt erover! En je gaat erover en je neemt de hele groep mee. Moe maar voldaan ga je terug naar je auto waar je de tweede parkeerboete van deze week in je portefeuille weg moffelt.

Thuis gekomen kijk je naar de mensenmassa in Parijs, thuis relativeer je dan je regendag, je Mont Blanc en je parkeerboete, thuis ben je blij dat je een veilige thuis hebt.