De Vervelende bus staat sinds een paar weken voor de deur van HETPALEIS. Ik hoor timmeren en zagen, kloppen en schuren. Een nieuwe bus! Een nieuw verhaal! Ik koop een gloednieuw schrift en een stevig potlood. Wat er gebeurt, wat ik hoor, voel en meemaak gedurende mijn reis naar de verschillende scholen, leg ik vast in mijn nieuwe schrift. Je dagelijkse buskost kan je verwachten in mijn ‘vervelende’blogs!

Ja, wat zeg je dan ...?

“Die rode auto is van mij!”

“Ik ben dat blauwe mannetje! Ik wil dat die hier écht komt staan ..."

“Oepsidepoepsi, da is een échte blauwe neger!”

“Ik wil met die meisje spelen … waarom mag ik niet met die meisje spelen … waar is die meisje nu?”

“Dat is magie!!”

“Is da in ’t écht of is da in ’t nep??”

“Wat is lang?”… “Lang is héél duur.”

“De lucht heeft ogen gekregen.”

“Hij is wit, zij is zwart, da kan nie de mama zijn!”

Dit hoor ik de kinderen allemaal zeggen en roepen tegen elkaar. Elke dag is anders. Elke groep is anders. Soms zijn ze rustig en gezellig. Soms zijn ze wild en chaotisch. Vrolijk is iedereen. Af en toe vertellen ze elkaar krom en scheef wat ze zien en voelen. Ze roepen hard omdat ze de woorden niet snel genoeg vinden en ze overdonderd worden door hun eigen enthousiasme. Andere kleuters hoor ik dan weer praten over … de atmosfeer en de ruimte en een ingebouwde camera in de paraplu en graffiti … Stomverbaasd luister ik naar al dat kleine gepraat! En dan zijn er ‘de stillen’, die kijken, die dromen, die bang wegkruipen als de grote ogen van het blauwe mannetje op het scherm verschijnen. Ze schuilen achter het geroep van de stoere binken. Ik ga tussen hen in zitten, want ze vragen honderduit en willen me betrekken bij wat ze zien. Vraagt er eentje: "Ben jij de baas van die toneel?" Ja, antwoord ik om er vanaf te zijn. "Waarom ben jij dan niet daar?" En hij wijst daarbij naar het projectiescherm. Ja, wat zeg je dan ... ? Telkens maak ik de kinderen wijs dat de bus kapot is en we dus niet kunnen vertrekken ... wat nu gedaan … . Dat is de start van elke voorstelling. Zegt er zo’n kleine betweter: "Doe er dan wat olie in!" Ja, wat zeg je dan… ? Volgende week gaan we misschien wel wat olie nodig hebben. We vertrekken voor een paar dagen naar Oslo. Tatataaaaaaa! Wordt vervolgd ...

Paula