Sopraan en muziektheatermaakster Judith Vindevogel studeert achtereenvolgens dans aan het Stedelijk Instituut voor Ballet te Antwerpen, filosofie aan de Vrije Universiteit van Brussel en theater aan de Studio Herman Teirlinck te Antwerpen. Haar eerste zanglessen krijgt zij van de Belgische heldentenor Marcel Vercammen. Na haar internationaal debuut in Salzburg als Papagena in de spraakmakende Zauberflöte-enscenering van Karl-Ernst en Ursel Herrmann is zij in de jaren 90 heel actief binnen de opera en zingt zij rollen als Ordogno in Don Quisciotte in Siera Morena (Conti/o.l.v. René Jacobs), Barbarina in Le nozze di Figaro (W.A. Mozart/regie Guy Joosten), Marie in Wozzeck (Alban Berg/o.l.v. Lorraine Vaillencourt, regie Nicolas Muni) en de sopraanpartij in Kopernikus (Claude Vivier/o.l.v. Reinbert de Leeuw, regie Pierre Audi).
In 1999 wordt Judith Vindevogel artistiek directeur van WALPURGIS en creëert zij haar eigen muziektheatervoorstellingen waaronder Mignon (in samenwerking met Gerda Dendooven), De helling van de oude wijven (in samenwerking met Klaas en Gerrie de Vries), de noces/svadebka/de bruiloft (in samenwerking met De Roovers en het Spectra Ensemble, ...), HAVEN 010 (in samenwerking met 't Arsenaal en Union Suspecte) en ook enkele familievoorstellingen als Charms (in samenwerking met Benjamin Verdonck, Peter Vermeersch en Philippe Thuriot), De kleine zeemeermin (in samenwerking met Sara De Bosschere en Luc Nuyens), Stom paard en Zilke (in samenwerking met Pieter De Buysser en Peter Vermeersch).
Vindevogel is als gastdocente (specialisatie kamermuziek, resp. zang en muziektheater) verbonden aan het Conservatoire de Liège, P.A.R.T.S en de conservatoria van Gent en Antwerpen. Sinds 2010 geeft zij ook les in de F.M. Alexander Techniek. Ze maakt verschillende cd-opnames waaronder Uit de kinderkamer, een collectie kinderliederen van Moussorgski, De Leeuw, Reger en Bernstein met pianist Levente Kende.